
Vroeger durfde ik nooit nee te zeggen
Vroeger durfde ik nooit nee te zeggen, ik kon alleen maar ja zeggen. Maar daar kreeg ik vaak spijt van. En ik maakte ook vaak dubbele afspraken om maar tegen iedereen ja te kunnen zeggen, dus er werden vaak mensen boos op me, terwijl ik nou juist zo mijn best deed.
In een periode van mijn leven had ik zelfs een briefje op de telefoon geplakt en een op mijn voordeur aan de binnenkant: WIL IK DIT? Om mezelf eraan te herinneren dat ik eerst even moest nadenken of ik iets wel wilde of niet.
Dat is allemaal voorbij.
Tegenwoordig zeg ik makkelijk nee, ook als een heel aardig en belangrijk iemand iets aan mij vraagt, iets wat ik niet wil of kan doen. Het is namelijk meer mijn lichaam die het zegt: ik hoor het mezelf zeggen, bij wijze van spreken. “Nee joh, dat kan echt niet.”
Meestal gaat dat zo spontaan dat niemand het erg vindt.
En als ik ja zeg, is het ook een echte ja.
Dat komt doordat ik van mijn lichaam hou, maar dan echt hè.
Omdat ik het zoveel aandacht geef, dat ik alles voel wat er maar te voelen valt.
Er vliegen de hele tijd gevoelens voorbij: vleugjes verdriet, zweempjes irritatie, wolkjes nostalgie, noem maar op. Maar alles is welkom bij mij en als het nodig is, ga ik er even mee zitten.
Ik begrijp tegenwoordig dat ik mijn lichaam heb gekregen van het Leven om helemaal mezelf te worden, om mijn eigen weg te gaan, mijn lotsbestemming te vinden.
Niet om goed te worden in de ogen van anderen of om een of ander verzonnen doel te bereiken dat niet bij mij past, dat alleen is ingegeven door de reclameplaatjes van onze oppervlakkige materialistische cultuur.
In mijn Podcast Hou van je lijf, maar dan echt hè, vertel ik wat ik allemaal te weten ben gekomen. Hoe je dat nou doet, houden van je lijf en er oprechte aandacht aan geven.
Heel je innerlijke kind met liefde voor je lijf
Je lichaam is de ingang naar je onderbewuste, en wat je voelt in je lichaam zegt iets over je ziel. Alles wat er in je lichaam gebeurt: benauwdheid, buikpijn, rugpijn, wat dan ook, verwijst naar iets in je ziel. En dat kun je bewust maken als je beter in je vel zit, meer van je lichaam houdt en er beter op let.
Als rebalancer heb ik inmiddels een paar duizend mensen op mijn massagetafel gehad en daar heb ik veel van geleerd. Bijvoorbeeld deze simpele maar belangrijke ontdekking: we behandelen ons lichaam zoals we zelf behandeld zijn in de vroege jeugd.
Als je vroeger mishandeld bent, mishandel je later je lichaam.
Als je verwaarloosd bent, verwaarloos je als volwassene je lichaam.
Als je ouders boos werden wanneer je niet meewerkte, dan word jij boos als je lichaam niet doet wat je wil.
En als je op zich goed verzorgd bent geweest door je ouders, maar ze waren vooral geïnteresseerd in je prestaties, hoe knap je was, wat je allemaal al kon, dan ben je vooral geïnteresseerd in wat je lichaam presteert.
Dan ben je niet echt geïnteresseerd in dat weergaloze wonder van vlees en bloed waarin je ziel verpakt zit. Hoe voelt het eigenlijk daarbinnen, wat heeft het nodig om te ontspannen, wat doet het allemaal voor mij?
Maar niet hoe mooi het is, niet hoe sterk het is, niet hoeveel je ermee kunt bereiken, maar hoeveel je van je lichaam houdt, bepaalt de kwaliteit van je leven.
Je lichaam IS je leven. Je lichaam is wat begon te leven met jou erin, je lichaam is wat ermee ophoudt als jij stopt met leven. Het is misschien weleens goed om dit tot je door te laten dringen: mijn lichaam is mijn leven.
Natuurlijk ben je ook méér dan je lichaam: we hebben een ziel en een geest. Maar je lichaam is de drager daarvan, en het is de hoofdpersoon in dit ene leven dat je nu aan het leven bent.
Als je te weinig aandacht hebt voor je lichaam, of de verkeerde aandacht, doe je gewoon na wat je ouders met jou hebben gedaan toen je klein was. Dat is niet jouw schuld, het is een automatisme, je kunt niet anders.
Maar je kunt het wel veranderen, als je je er bewust van wordt. Je kunt bewust liefdevolle aandacht gaan geven aan alles in je lijf.
Daarmee heel je je innerlijke kind.
Je onderbewuste zit in je lichaam, en je innerlijke kind zit in je onderbewuste. Dus als je je lichaam liefdevolle aandacht geeft – dat is aandacht zonder kritiek, zonder eisen – dan geef je die meteen ook aan het kind dat je was. Alsnog.
Dat is zelfs de enige manier waarop je kunt krijgen wat je toen nodig had. Want geen enkele partner, therapeut, kind of vriendin kan je geven wat jij als baby en dreumes en jong kind nodig had. Om de eenvoudige reden dat je dat niet meer bent.
Maar met liefdevolle aandacht, voortdurend de vraag stellen hoe voelt het eigenlijk in mij? wordt alles lichter, en warmer, en makkelijker.
Je hoeft niet mooi te zijn om van je lijf te houden
Van je lichaam houden betekent niet dat je je lichaam ook mooi vindt. Er is een beroemde uitspraak van Ted Troost, meen ik, de grondlegger van de haptonomie: “Je hoeft je eigen lichaam niet mooi te vinden, maar je moet er wel van houden.”
Sommige lichamen voldoen nou eenmaal veel meer aan de standaard ‘mooi’ dan andere. Je hebt jezelf niet gemaakt – voorzover ik begrijp is dat een kwestie van vorige levens – en het is dus helemaal niet je eigen schuld als je geen Miss Holland of Mister Universe bent.
Mooi zijn is niet zo enorm belangrijk voor de kwaliteit van je leven. Als je zo oud bent als ik kun je dat uit ervaring zeggen. Geloof het maar gewoon. Mooi zijn is eerder een uitdaging dan een hulp.
Er is nooit een goede reden om NIET van je lichaam te houden. Want zelfs het meest gewonde, beperkte of afgewezen lichaam is nog steeds een weergaloos wonder. Dus als je je aangesproken voelt, verander dan je houding tegenover je lijf, en je verandert je leven.
Echt van je lichaam gaan houden, dat kan iedereen. Gewoon doen.
Een beter mens worden met liefde voor je lijf
Wat doet het met je als je meer van je lichaam gaat houden?
Daar word je rustiger van, zekerder, spontaner en gelukkiger. Vooral: je wordt echter, authentieker, meer jezelf.
Wat blijkt: alle spirituele doelen die we onszelf stellen zoals ontspannen, in het hier en nu leven, worden vanzelf werkelijkheid, als je meer van je lichaam houdt en er aandacht aan schenkt.
Als je voortdurend met 80% van je aandacht bij je eigen lichaam bent, krijg je ook meer energie, en je wordt efficiënter. Want je blijft veel minder rondlopen met onverwerkte emoties die je energie weg zuigen.
Je wordt autonomer, minder afhankelijk van de mening van anderen, als je in je eigen lichaam thuis bent. Want je hebt een permanent basisgevoel van veiligheid.
Je wordt bovendien veiliger voor anderen, want je zuigt niet meer iets weg bij andere mensen, je vraagt niet meer wat ze niet kunnen geven, die onvoorwaardelijke liefde en aandacht die je als baby van je ouders had moeten hebben. Omdat je dat allemaal aan jezelf geeft.
Ik heb dus ontdekt dat het nodig is om in je lichaam te zijn en van je lichaam te houden om een beter mens te worden.
Je hebt je huid nodig om te voelen waar je zelf ophoudt en waar de rest van de wereld begint. Je moet beter in je vel zitten om beter contact te maken met anderen. Je hebt bewustzijn van je grenzen nodig voor relaties.
Je hebt bewustzijn in je buik nodig om ja te kunnen zeggen tegen het leven. Om emoties te verwerken net zoals je je eten verwerkt, zodat het geen onderbuikgevoelens worden maar gut feeling, intuïtie.
Je hebt je rug nodig om soepel nee te kunnen zeggen, zonder geweld of projectie van je eigen pijn. En om ruggengraat te hebben, innerlijke kracht.
Je hebt bewustzijn nodig in je onderrug, je heiligbeen en staartbeen, om het oervertrouwen te voelen dat daar altijd is, de oergeborgenheid, het weten van je lichaam dat het van aarde gemaakt is en dat het er dus altijd bij hoort, wat er ook gebeurt.
Je hebt ontspannen schouders nodig voor bewegingsvrijheid, om te voelen dat je alle kanten uit kunt. Om je lichaamshouding rechtop en fier te houden, om rechtop te staan en lopen met je schouders naar achter en naar onder, niet angstig opgetrokken.
Je hebt bewustzijn in je nek nodig om je nek te durven uitsteken, om de kroon te kunnen dragen van je mens zijn.
En om het hoofd te kunnen buigen als het leven daarom vraagt.
Je hebt een soepele nek nodig om niet hardnekkig te worden, halsstarrig, verstard of verstokt in je eigen bubbel.
Je hebt een losse nek nodig om weer een beetje een losbol te worden, van het leven te genieten dat zich elke dag zo gul en overstromend van goedheid, schoonheid en waarheid in ons en voor ons ontvouwt.
Je hebt je armen en je handen nodig om juist te handelen, handig en kundig, zonder te graaien of te grijpen, zonder te slaan.
Je hebt je benen en voeten nodig om realistische stappen te zetten, om gegrond en geaard te blijven en niet weg te zweven in hersenspinsels.
Je hebt je adem nodig om tot rust te komen, om je hart langzamer te laten kloppen zodat je vanbinnen stiller wordt en vrediger.
En je hebt je hart nodig om van pijn compassie te maken. Om de schatkist in je lichaam die vol zit met oude pijn te openen, te ontspannen in de pijn en die daarmee te transformeren tot liefde. Tot kracht, geduld, diepgang. Om ruimte te laten voor wat er is, voor jezelf en voor anderen.
Je hebt voortdurende warme en vrijlatende aandacht voor je eigen lijf nodig, om een veiliger, beter en vriendelijker mens voor anderen te kunnen zijn. Om niet van anderen te vragen wat ze je niet kunnen geven.
Daardoor weet ik: de spirituele dimensie die onze wereld in crisis het meest nodig heeft, is deze ommekeer naar lichaamsbewustzijn. We hoeven niet naar de sterren, we hoeven geen technische hoogstandjes, we moeten met onze aandacht naar binnen. Er zijn voor ons lijf.
Want alleen dan worden we veilig voor elkaar.
Mijn Podcast Hou van je lijf, maar dan echt hè, vertelt je wat je kunt doen. Verhalen, tips en informatie die je nergens anders hoort, over het belangrijkste dat je hebt: je lichaam. Om er meer van te gaan houden, en daarmee de kwaliteit van je leven te verbeteren. Want je lichaam IS je leven.
Lisette Thooft over haar Podcast: Hou van je lijf, maar dan echt hè!