Ad Clicks : Ad Views : Ad Clicks : Ad Views : Ad Clicks : Ad Views : Ad Clicks : Ad Views : Ad Clicks : Ad Views : Ad Clicks : Ad Views : Ad Clicks : Ad Views : Ad Clicks : Ad Views : Ad Clicks : Ad Views : Ad Clicks : Ad Views : Ad Clicks : Ad Views : Ad Clicks : Ad Views : Ad Clicks : Ad Views : Ad Clicks : Ad Views : Ad Clicks : Ad Views : Ad Clicks : Ad Views : Ad Clicks : Ad Views :
img

Van meer partners houden? Te gemakkelijk!

/
/
/
1139 Views

Meer dan één liefdespartner hebben waarbij ieder dat ook weet. Dat heet polyamorie. Een flinke club mensen ‘doet’ eraan. ‘Te gemakkelijk’, vindt Lisette Thooft, auteur die veel schreef over relaties. Moet wel of niet kunnen, is niet goed voor je … of …?

Polyamorie is bijna chic, zeker in sommige, laten we zeggen vooruitstrevende spirituele kringen. Als we weer eens zo’n polyamoreus type voorbij zien komen op de televisie of in een artikel, meestal een vrouw, die zwierig verklaart van meer dan één partner te houden en met meer geliefden de liefde te bedrijven, kijken de meesten van ons bedremmeld toe. Goh, zou het bevrijd zijn om je liefde niet te beperken tot één ander mens, maar gewoon toe te geven dat je genoeg liefde hebt voor meer geliefden? Jee, is het niet enorm knap van die mensen om niet jaloers te zijn als hun partner gewoon open en bloot met een ander vrijt? Zou polyamorie de toekomst zijn? Ben ik een burgertrut of een lafaard als ik niet meedoe met die trend? Laat ik in elk geval maar niet te hard roepen dat ik het niks vind.
Misschien zijn we iets te bedremmeld.
Het valt niet te ontkennen dat er een wereldwijde crisis is in liefdesrelaties. De echtscheidingscijfers zijn nog nooit zo hoog geweest, helemaal als je alle niet-getrouwde stellen die uit elkaar gaan meerekent. We zijn allemaal bezig authentiek onszelf te worden, en dat laat zich moeilijk rijmen met een relatie waarin je niet volledig tot ontplooiing kunt komen. Dus als je jezelf bekneld en beknot voelt bij die ene persoon, niet tot je recht komt, maak je het uit en ga je op zoek naar een ander. Of je neemt er een geliefde bij. Doe je dat in het geniep, dan pleeg je overspel. Doe je het open en bloot, dan doe je aan polyamorie.
Ik heb het geprobeerd in de loop van mijn leven: zowel seriële monogamie als relaties met mannen die voorstander waren van ‘niet kiezen, maar delen’. Van overspel ben ik geen fan: volgens mij is het domweg niet goed voor je ziel om iets te doen dat je voor een belangrijke persoon in je leven verborgen moet houden. Maar de een na de ander achterlaten op zoek naar de ware is ook niet alles. Ik ben ermee gestopt toen ik een beetje ouder en wijzer was geworden.
En inmiddels weet ik ook: polyamoriebeoefenaars maken het zichzelf te makkelijk.

Echte liefde
‘Ik zoek niet langer alles bij die ene partner,’ is zo ongeveer de kern van het polyamorieverhaal. ‘Wat ik bij de een niet kan krijgen, dat haal ik bij een ander wel. Als ik bij mijn ene partner niet alles van mezelf kan laten zien, dan laat ik die kanten van mezelf wel aan een andere partner zien. Ik laat niet alles van een persoon afhangen en daarom kan ik al mijn partners volledig accepteren zoals ze zijn. En dat is echte liefde.’
Ja, echte liefde is de ander accepteren zoals hij of zij is, met al haar of zijn eigenaardigheden en tekortkomingen. Maar erop staan dat je alles krijgt in het leven wat je wilt hebben of vindt dat je nodig hebt en het bij een ander halen als je het van je partner niet kunt krijgen, heeft niets met liefde te maken. En jezelf per se willen laten zien precies zoals je nou eenmaal bent, aan alle kanten, is een egotrip.
Liefdesrelaties zijn er niet om iets van te krijgen, om gelukkig van te worden of lekker jezelf te kunnen zijn. Liefdesrelaties zijn om een beter, wijder, dieper en toleranter mens te worden. Geluk en genot in een relatie zijn eerder een soort net, een fuik zo je wilt, waar je in zwemt. Je komt erin vast te zitten – je raakt gehecht aan elkaar – waardoor je gemotiveerd wordt om dat innerlijke verbeterwerk te doen.
Als het geluksgehalte te laag wordt, vallen er gaten in het net en zwem of val je er weer uit. Dus moet je allebei je best doen om de relatie voor de ander zo fijn mogelijk te maken.
En dat houdt in: van mijzelf een liever, dapperder, wijzer, opener, rustiger en toleranter mens maken. Mijn partner is een soort spiegel waarin ik kan zien of het al een beetje opschiet. In het begin weerspiegelt mijn partner mij als ideaalbeeld: hij of zij is verliefd op me en ik zet mijn beste beentje voor. Na verloop van tijd – psychologen melden dat de maximale periode van verliefdheid een jaar of drie is, maar meestal gaat het veel sneller over – word ik weer mijn gewone oude zelf, in het groeistadium waarin ik zat toen mijn partner verliefd op me werd. Voor mijn partner geldt natuurlijk precies hetzelfde.

Te bot
En dan begint het echte werk. Door de geschokte, verdrietige of boze reactie van mijn partner ontdek ik wat ik nog in mezelf te verhapstukken heb. Niet dat alles altijd mijn schuld is, maar alles is wel een aanleiding tot zelfonderzoek. Was ik niet een kreng? Ben ik te bot geweest? Zit ik hem echt zo op zijn nek? Moet ik mijn geliefde meer aandacht geven, ben ik te hard bezig met mezelf? Vaak, heel vaak, zal ik tot de conclusie komen dat ik toch tekortgeschoten ben.
Dan kan ik zeggen: ‘Tja, zo ben ik nou eenmaal. Waar jij niet tegen kan, daar kan een ander wel tegen’ of ‘wat je bij mij niet krijgt, moet je maar bij een ander halen.’ Dat is de polyamoreuze respons. Het betekent dat mijn groeiproces stagneert. Er hoeft niks te veranderen: hoogstens moet ik zorgen dat ik mijn natuurlijke jaloezie succesvol ontken, onderdruk of verdring.
Of ik kan zeggen: ‘Mijn liefde is nog niet volmaakt. Ik zal er aan werken.’ Dat is helemaal niet leuk om toe te geven. Het kan zelfs heel onaangenaam zijn. Mijn ego wringt en knarst en foetert. ‘Ja maar hij…’ Maar iets in mij kijkt toe van bovenaf en weet: dit is de waarheid. Ik moet openknarsen, zand happen, sorry zeggen, mijn leven beteren.
Als beide partners zo serieus met de liefde omgaan, groeit die liefde en worden beiden liefdevoller mensen.
Dat dit verschrikkelijk moeilijk is, spreekt voor zich. Relaties sneuvelen rechts en links. Maar dat is minder erg dan het lijkt, hoe treurig ook. Het is een fase in de grote ontwikkeling die we met ons allen doormaken. We moeten er doorheen, we moeten dapper blijven proberen om het allermoeilijkste te doen wat er is: intiem en duurzaam met een ander samenleven en daardoor veranderen in een beter mens.
Polyamorie betekent niet serieus met de liefde omgaan. Hoe fraai de propaganda vaak ook klinkt. Het is te makkelijk. Het is een vlucht.

Lisette Thooft schreef Alchemie van de liefde, Het geheim van de strijd, en hoe relatieconflicten je helpen om de Steen der Wijzen te vinden (Scriptum, 145 blz., € 12,50). Meer: www.lisettethooft.nl.

__________________________________________

Het grote en kleine werk
Alchemisten kenden het ‘grote werk’, ergon in het Grieks, en het ‘kleine werk’, parergon, letterlijk het bij-werk. Dit kleine werk was wat zij in hun laboratoria deden, het experimenteren met kwikzilver en zwavel en zout en andere stoffen. Het grote werk was hun innerlijke ontwikkeling, hun contact met God en de geestelijke wereld. Hoe meer ontwikkeld ze raakten, geloofden ze, hoe beter ze het kleine werk konden uitvoeren. Hetzelfde principe zie je in de islam, waar je de ‘grote jihad’ hebt en de ‘kleine jihad’: respectievelijk het gevecht tegen het boze in jezelf en het boze in de buitenwereld. Het grote werk is altijd het belangrijkst.

In liefdesrelaties is dat al net zo. De relatie met je bron, je diepste of hoogste zelf, verbeteren en jezelf spiritueel ontwikkelen, is het grote werk. Je relatie met de ander is het kleine werk. Het grote werk staat voorop en maakt het kleine werk mogelijk, want je kunt alleen duurzaam met een ander samenleven als je je best doet om een beter mens te worden. Andersom werkt het natuurlijk ook: je relatie met de ander dwingt je om jezelf onder ogen te zien, je fouten en tekortkomingen, je zwakke kanten en je egoïsme. Heb je relaties met anderen waarin iedereen elkaar volledig zichzelf laat zijn, dan mis je een belangrijk deel van de stimulans om het grote werk aan te gaan.

De gesloten kolf
Liefdesrelaties zijn als chemische processen. Ze verlopen beter in een afgesloten, eigen ruimte, net zoals sommige chemische processen alleen in een afgesloten kolf kunnen plaatsvinden. Er gebeurt iets tussen twee mensen die met elkaar een groeiproces aangaan: ze beïnvloeden elkaar, nemen kwaliteiten van elkaar over, corrigeren elkaars minpunten. Dit proces wordt in gang gezet door de opwindende seksuele energie die knettert tussen de twee partners. En het wordt in gang gehouden door de energie van de betrokkenheid op elkaar, inclusief alle irritaties, ruzies, pijnlijk zelfonderzoek, schuldgevoel en zelfs schaamte en berouw. In langdurige relaties verandert die energie gaandeweg in iets hogers dan seksuele energie, namelijk de energie van onbaatzuchtige liefde. De energie trekt als het ware langs de chakra’s omhoog, wordt gesublimeerd.
Elke keer dat je zeer intiem en/of seksueel contact hebt met een derde, lekt er wat van die essentiële energie weg uit de kolf van je relatie. Die energie breng je naar een ander, met wie je een gedeeltelijk proces aangaat. Het gevolg is stagnatie aan alle kanten.

Debatteer mee op kd.nl
Wat vind jij van polyamorie? Geef hieronder voluit en vrij je mening. Laat weten wat je ervan vindt. En ook voorstanders zijn natuurlijk van harte uitgenodigd. 



Tags:
Meer van:

7 Reactie(s)

  1. Wat ik er over vind is wat ik er van heb gezien en aan den lijve ondervonden. Je kunt polyamory ook nog op verschillende manieren opvatten. Want wat is liefde dan? Is dat altijd eenduidig?
    Je kunt van iemand houden zonder het altijd met hem of haar eens te zijn, je kunt een zielemaat treffen die veel met je deelt en gemeen heeft zonder dat je een relatie hebt maar dat je op afstand vrienden blijft, je kunt een alles overstijgende direct elkaar begrijpen liefde hebben, een vriendschap +, enz. enz. en dat allemaal naast een ‘gewone doorsnee relatie’. Je kunt ook meerdere goede vrienden hebben en geen enkele exclusieve relatie, maar wel heel erg veel van je vrienden houden. Is dat geen polyamory 🙂 ?

    Ik plaag. Natuurlijk wordt hier bedoeld: een alles erop en eraan relatie naast je eerste vaste relatie. Want zo gaat het meestal: je ontmoet later iemand waar je net zoveel van kunt houden als van je eerste partner waar je mee bent. En je wilt niet kiezen of loslaten, zeker als er ook kinderen in het spel zijn. Of je wilt gewoon die ander ‘erbij’ of gelijkwaardig.
    Echter: alle partijen moeten dat gelijk waardig zien zitten en daarmee instemmen. Het komt voor. Er soms gaat het zelfs goed.
    Maar heel vaak betekent het toch dat een van de partijen stilzwijgend lijdt en niet instemt, maar het toelaat om de vaste partner niet te verliezen.

    Het komt ook voor dat de persoon die een andere relatie erbij wil zich kapot schrikt als de eigen vast partner dat ook gaat doen… Hypocriet, toch?

    In een wereld waarbij iedereen open voor iedereen wil zorgen; ouderen, zwakkeren, zieken en kinderen, in een open solidariteit – een soort megacommune, zou dit misschien wel werken. Dat vraagt een complete revolutie…. om te beginnen tussen de oren.
    Echter: wat ik vaak heb gezien dat als een van de polyamoristen niet meer kan functioneren, ouder wordt, ziek, intern afhaakt om een of andere reden, dan wordt die persoon ‘losgelaten’. Das een mooi woord voor laten vallen als een baksteen.
    In een ideale wereld waar alles wordt gedeeld en iedereen wordt liefgehad zou dit misschien wel kunnen.
    Maar is een klein addertje onder het gras.

    Waarom zou je het eigenlijk willen?
    We zijn allemaal één toch? Vanuit een non-dualistische visie zou het niet moeten uitmaken met wie je een relatie aangaat. Waar we op afknappen dat is een persoonlijkheid met zijn of haar zwakke kanten, een ergernis, een gebrek aan uitdaging. Waar we op vallen zijn mooie en uitdagende en prikkelende trekjes.
    Maar we weten toch dat alles verandert, dat iedereen verandert, dat we om de 7 jaar totaal nieuwe cellen hebben en totaal anders kunnen denken, we weten toch dat dit allemaal Maya is?
    Dus persoonlijkheden, meningsverschillen, tanende aantrekkelijkheid, veranderende lichamen, afbraak in de maatschappelijke positie, enz enz, het is allemaal illusie van voorbijgaande aard.
    Dan maakt het dus echt niet uit wie je liefhebt als je maar zelf liefde WORDT!
    Dat is de enige verantwoordelijkheid die je hebt.

    En dan is de uitdaging dat je dat he-le-maal aangaat, met huid en haar, met één persoon. Dat is al zo’n grote uitdaging dat je daar een heel mensenleven je handen aan vol hebt. Niet om die ander te veranderen, want dat hoeft niet. Nee, jouw proces moet je aangaan in overgave, het uithouden met de pijnpunten die je tegenkomt in je spiegel, de ander die zo dichtbij is dat je wel heel erg hard weg zou willen rennen… TE dichtbij…. TE veel dodelijke saaiheid, TE veel pijn…, TE veel ergernis…

    Kortom, in mijn ogen is polyamory in al zijn prachtige complexheid toch eigenlijk een vlucht. Een vlucht om echt de diepte van ware liefde in te gaan die ook zelfopoffering betekent, die een geweldige kans is om geestelijk te groeien door het zeurderige en veeleisende egootje te laten breken.
    Die pijn ga je dan niet aan, want je hebt een uitdagende ander erbij, waar het ook zo geweldig mee klikt. Je hebt een escape-Truus of Henk.

    Das wat anders dan liefhebben op een ander level.
    We kunnen immers van iedereen houden. Hoe kleiner je ego wordt hoe meer je kunt liefhebben en van steeds meer mensen houden.
    Maar een relatie aangaan is iets open zetten wat heel kwetsbaar is, als het goed is… wie dat echt aangaat, die sprong in het ongewisse, die voelt dat dit een uitdaging is die je maar met één persoon tegelijk kunt aangaan….

  2. Op de sitewaar ik moderator ben ontspon zich een discussie over dit onderwerp.
    Ik gaf aan dat deze ook hier gevoerd zou kunnen worden
    Hier mijn reactie .
     zou deze discussie niet ook gevoerd kunnen worden met de schrijfster zelf dmv reacties die je aldaar op de site kunt plaatsen?
    Ze vraagt om reacties van voor en tegenstanders
    Hier weten we van elkaar onderhand wel hoe een ieder in het geheel staat toch?

    Ik kan me grotendeels wel vinden in je verhaal alleen Lisette, alleen stel je het wat zwart wit en staat iedereen anders in het verhaal, mono en poly.
    Er is geen polysituatie gelijk maar dat geldt idem voor monorelaties
    Voor mij was het toch weer een reflectie stuk waardoor ik voor mezelf weer kijk naar waar ik nu sta in dit verhaal van poly/mony
    Wat waren/zijn mijn beweegreden voor poly geweest ooit? Schaduwmotieven?
    Uiteindelijk heeft al het gezoek en beleven en onderzoeken tot het  einde van mijn relatie geleidt en daar is poly niet de “schuld of oorzaak” van maar mijn veranderingen.
    Mijn zoektocht naar wat liefde en relaties voor mij betekenen en hoe ik het vorm wil geven.

    Ik kan me wel vinden in dat je energie kan laten wegvloeien van je relatie, tenslotte verdeel je die energie over meerdere
    En tuurlijk moet je keihard blijven werken aan je primaire relatie maar waarom stop je dan niet alle energie in juist die relatie?
    En voor de helderheid dit is geen oordeel maar een vraag ook aan mezelf gesteld, waarom deed ik dat niet en doe ik het nu wel en kies ik nu voor mono?
    Waarom zoek ik nu niet naar een extra relatie? Ik heb al mijn energie nodig voor mezelf, voor ons en alle dingen die ik tegenkom en waar ik ontdek wie ik ben en wat ik wil.! Daar heb ik mijn handen vol aan en ik ben  blij met mijn ontdekkingen.
    En als ik nu zou kiezen voor een soort van escape relatie ga ik weer niet de diepte in met en naar mezelf?

    Want wat in de onderling gevoerde discussie werd opgemerkt ,dat men snel weer op zoek gaat om een leegte te vullen..en de hand in eigen boezem stekend, dat deed ik ook
    En ik heb hele mooie ervaringen en gevoelens gedeeld maar  Ik liep uiteindelijk weg voor mezelf.

    En ja de loftromper die nu regelmatig klinkt in de media is lastig want net wat je zegt we kennen ook de andere kant..
    Ik zal nooit nooit zeggen alleen ik kies voor mono En voel me daar heerlijk bij.

  3. Hallo Lisette,

    Je vroeg expliciet om reacties van voorstanders. Bij deze.
    Allereerst zal ik mijn persoonlijke situatie even schetsen. Dit geeft op z’n minst een beeld van hoe het ook kan, want alhoewel ik er niet mee te koop loop ben ik dolgelukkig dat ik zo mag leven en zou ik niet anders meer willen. Ik leef nu zo’n tien jaar polyamoreus en op dit moment heb ik twee heel mooie relaties, waarin ik mij zielsgelukkig voel. Ik zeg bewust “op dit moment” want niets is statisch. Met andere woorden, morgen kan het anders zijn. Niet dat ik dat verwacht, maar ik heb ook aan den lijve ondervonden dat je, als je op deze manier leeft soms ook het onverwachte kunt verwachten. Binnen deze relaties laten we elkaar helemaal vrij in met wie we omgaan en op welk niveau. Wel is er 100% openheid. Niet dat we elkaar alles vertellen, maar wel wat ter zake doende is. Hierbij geldt voor ons het integriteitsbeginsel. Dat klinkt misschien wat abstract, maar in de praktijk komt het erop neer dat ik mijn partners in elk geval dat vertel wat ik in het omgekeerde geval zelf ook graag van de anderen zou willen weten.

    Door de stelligheid waarmee je sommige uitspraken doet voelde ik mij in eerste instantie niet direct uitgenodigd om te reageren, maar misschien is het juist je bedoeling om mensen op deze manier aan het denken te zetten. Je poneert zwart/witte stellingen als onomstotelijke waarheden, als een soort dogma’s, waarbij je er in mijn optiek aan voorbij gaat dat er ook nog mensen zijn die er anders over denken. Jammer, want ik denk dat als er één tak van sport is waar nuances geboden zijn en waar niets zwart/wit is, dan is het wel de wereld der polyamorie.

    Graag haal ik even een paar van je uitspraken aan, om daar vervolgens mijn reactie op te geven.

    “En inmiddels weet ik ook: polyamoriebeoefenaars maken het zichzelf te makkelijk.”
    “Polyamorie betekent niet serieus met de liefde omgaan. Hoe fraai de propaganda vaak ook klinkt. Het is te makkelijk. Het is een vlucht.”

    Je veronderstelt het niet. Je meent het te weten….. Relaties onderhouden is voor mij een serieuze zaak. (Dingen op een gemakkelijke manier doen ligt sowieso al niet in mijn aard.) Dat geldt al als je maar één relatie hebt en in het geval van meerdere relaties geldt dit in het kwadraat, zo heb ik de bevinding. Het is daarbij uitdrukkelijk niet zo dat ik voortdurend bezig ben om het mijn geliefden naar de zin te maken. Het heeft alles te maken met geven en nemen. Goede communicatie is daarbij alles. Niet dat er nooit eens iets mis gaat, niemand is volmaakt en in in de beste (monogame) relaties gaat weleens iets mis. Het zijn meestal dingen die in een monogame relatie ook mis gaan. Met andere woorden, wat misgaat heeft heeft zelden iets met polyamorie te maken of komt daaruit voort. Het aangaan van meerdere relaties is voor mij een zeer bewuste keuze die voortkomt uit de ruimte die ik in mijn hart voel. Ikzelf vind dat het mijn geaardheid is en het volgen van mijn hart voelt voor mij absoluut niet als een vlucht, maar juist als een enorme verrijking.

    “Maar erop staan dat je alles krijgt in het leven wat je wilt hebben of vindt dat je nodig hebt en het bij een ander halen als je het van je partner niet kunt krijgen, heeft niets met liefde te maken.”

    Op zich helemaal met je eens dat dat niets met liefde te maken heeft, maar in mijn ogen ook net zo min iets met polyamorie maar alles met verwachtingen. Verwachtingen die vaak niet reëel zijn, waarbij de partner die niet aan die verwachtingen kan voldoen daar dan ook nog vaak de Zwarte Piet voor krijgt toegeschoven. Zoals ik al zei, het heeft niets te maken met wat polyamorie voor mij betekent. Er zijn ook monogame mensen die zo leven en daarbij van de een naar de ander hoppen.

    “En jezelf per se willen laten zien precies zoals je nou eenmaal bent, aan alle kanten, is een egotrip.”

    Liefdesrelaties zijn er niet om iets van te krijgen, om gelukkig van te worden of lekker jezelf te kunnen zijn. Liefdesrelaties zijn om een beter, wijder, dieper en toleranter mens te worden.”

    Van de relaties die ik heb word ik niet alleen een blijer en gelukkiger mens, ik kan ook nog eens helemaal mijzelf zijn. Sterker nog, het is voor mij een voorwaarde dat iedereen zichzelf kan zijn anders zou het voor mij niet werken.
    In dat het jezelf zo laten zien als je bent een egotrip zou zijn herken ik mij dan ook helemaal niet. Het over en weer jezelf kunnen zijn is voor mij juist wat ik als een van de mooiste dingen ervaar in mijn relaties. Het ligt voor mij aan de basis van het elkaar helemaal accepteren zoals je bent. Vooral die wederzijdse acceptie, met al je tekortkomingen, maakt een relatie voor mij tot iets onbeschrijfelijk waardevols. Een hele mooie win-winsituatie waar in mijn ogen niets mis mee is!
    Het fenomeen dat alle betrokkenen daar een beter, wijder, dieper en toleranter mens van worden is daarvan in mijn geval een heel mooi gevolg, maar geen doel op zich.

    “Dan kan ik zeggen: ‘Tja, zo ben ik nou eenmaal. Waar jij niet tegen kan, daar kan een ander wel tegen’ of ‘wat je bij mij niet krijgt, moet je maar bij een ander halen.’ Dat is de polyamoreuze respons. Het betekent dat mijn groeiproces stagneert. Er hoeft niks te veranderen: hoogstens moet ik zorgen dat ik mijn natuurlijke jaloezie succesvol ontken, onderdruk of verdring.”

    Een situatie die ik persoonlijk niet heb meegemaakt, maar in mijn omgeving wel ben tegengekomen. Dat er in zo’n relatie verder niets hoeft te veranderen en dat een van beide partners zonder slag of stoot een relatie ‘buiten de deur’ aan kan gaan heb ik echter nog niet zien gebeuren. Inderdaad is jaloezie een veelvoorkomend struikelblok. Het onderkennen, onderdrukken of verdringen van jaloezie heb ik echter nog weinig mensen succesvol zien doen.
    Mijn bevinding was dat er juist heel veel moest veranderen. Ten minste, ten opzichte van de traditionele opvattingen die je doorgaans hoort over monogame relaties.
    Ik kan er zo onderhand een boek over schrijven en misschien ga ik dat nog weleens doen ook. Maar voor nu beperk ik mij even tot jouw uitspraak over jouw jaloezie. Ook over jaloezie zijn boeken volgeschreven. Vaak lees je dat jaloezie in een relatie zeer nuttig zou zijn omdat het de band die je hebt zou versterken en daardoor meer zekerheid zou hebben om bij elkaar te blijven. Misschien werkt dat in monogame relaties, maar ikzelf ervaar dat binnen polyamoreuze relaties jaloezie meer kapot maakt dat je lief is. Ontkennen of verdringen is evenwel niet de remedie gebleken. Ik heb in mijn omgeving regelmatig ervaren dat mensen daarin hopeloos klem liepen. Vaak bleek dan dat wat ‘met jaloezie dealen’ werd genoemd niets meer dan een kunstje was om inderdaad dat alles verschroeiende gevoel te ontkennen en weg te drukken. Dat lukt misschien voor korte tijd maar op enig moment kom je jezelf keihard tegen met als resultaat heel veel hectiek in de relatie(s). Vaak krijgt polyamorie daarvan dan de schuld maar in feite is het slechts een vergrootglas dat alleen maar uitvergroot wat latent al aanwezig was maar doorgaans in een monogame relatie nooit getriggerd wordt. Ik geef toe dat echt afrekenen met je jaloezie niet makkelijk is, maar als je erkent dat het er is en bereid bent om jezelf daarmee te accepteren, dan zal elke keer als je jaloezie getriggerd wordt het gevoel een beetje minder heftig worden tot het uiteindelijk helemaal verdwijnt.

    “Elke keer dat je zeer intiem en/of seksueel contact hebt met een derde, lekt er wat van die essentiële energie weg uit de kolf van je relatie. Die energie breng je naar een ander, met wie je een gedeeltelijk proces aangaat. Het gevolg is stagnatie aan alle kanten.”

    Ook hier lees ik twee dogma’s waar ik mij niet in kan vinden. Je gaat ervan uit dat er kennelijk altijd een soort basisrelatie is, waarbinnen zich een kolf met energie zou bevinden. Velen hebben inderdaad een zogenaamde primaire relatie met een partner die duidelijk de belangrijkste is, maar dat is lang niet altijd zo. Mijn beide relaties zijn gelijkwaardig en er is er niet één belangrijker dan de andere. Ook ervaar ik zeker niet dat het hebben van seks met de één ten koste gaat van de energie die ik met de ander deel. Ik ervaar juist dat bij het hebben van seks, evenals bij andere vormen van intimiteit, de energie en liefde alleen maar meer worden. Er is niet zoiets als een afgepaste hoeveelheid liefde en energie die over meerdere partners verdeeld moet worden. Ze zijn in onbeperkte mate aanwezig. Het wordt alleen maar meer, juist door het te delen!

    “Polyamorie betekent niet serieus met de liefde omgaan. Hoe fraai de propaganda vaak ook klinkt. Het is te makkelijk. Het is een vlucht.”

    Weer zo’n dogma…… Ik kan alleen maar zeggen dat ik mij daarin totaal niet herken en heel andere bevindingen heb. Als polyamorie een te gemakkelijke vlucht zou zijn, zou deze manier van leven zich uiteindelijk ergens moeten wreken. Op z’n minst zouden er op enig moment tekenen moeten ontstaan dat er ergens iets niet goed gaat. Ik wacht af……
    Voor nu kan ik alleen maar zeggen dat ik de toekomst met vertrouwen tegemoet zie en dat ik nooit meer monogaam zou willen leven!

  4. Wat ik nou zo jammer vind is dat dit artikel geschreven is vanuit de gedachte dat mensen polyamoureus gaan leven vanwege het ervaren van een tekort in de bestaande relatie. Thooft schrijft:” ‘Ik zoek niet langer alles bij die ene partner,’ is zo ongeveer de kern van het polyamorieverhaal. ‘Wat ik bij de een niet kan krijgen, dat haal ik bij een ander wel. Als ik bij mijn ene partner niet alles van mezelf kan laten zien, dan laat ik die kanten van mezelf wel aan een andere partner zien. Ik laat niet alles van een persoon afhangen en daarom kan ik al mijn partners volledig accepteren zoals ze zijn. En dat is echte liefde.’ “

    Hoewel ik in mijn omgeving inderdaad zie dat sommige mensen vanuit deze gedachte, vanuit dit gevoel, het polypad opgaan (en dan nog kun je je afvragen of dit fout is), denk ik dat je niet lukraak kunt stellen dat dit DE kern van het polyamorieverhaal is. Er is nl. ook nog een andere kant, die van “overvloed”; een overvloed aan liefde. Ik voel gewoon heel veel liefde voor twee mannen en ben in de gelukkige omstandigheid dat ik met beide mannen ook nog eens een heel mooie en diepgaande relatie mag onderhouden. Beide mannen zijn erg verschillend maar ik ben geen tweede relatie aangegaan omdat ik in mijn eerste relatie iets mis maar omdat ik zielsveel van beide mannen houd.

    Mijn beide partners delen in alle aspecten van mijn leven en zien zowel mijn mooie als minder mooie kanten. Zij zijn er geen van beiden te beroerd voor om mij op z’n tijd een spiegel voor te houden. Hierdoor worden mijn persoonlijke thema’s en bewustwordings- en ontwikkelingsprocessen misschien juist wel extra belicht c.q. versneld (en vice versa).
    Ik ben het dan ook absoluut niet eens met de bewering dat je, als je polyamoureus leeft, “een gedeeltelijk proces” aangaat, zoals onder het kopje “de gesloten kolf” wordt gesteld. Ik zou niet eens weten hoe dat moet, “een gedeeltelijk proces” aangaan.

    Ik ben, het moge duidelijk zijn, een voorstander van polyamorie. Ik vind echter niet dat iedereen per se polyamoureus moet leven. Wat ik wel van harte hoop is dat mensen helemaal vanuit hun eigen behoeften, vanuit hun eigen gevoel en ontwikkeling, durven beslissen hoe zij willen leven, zonder oordeel over anderen. “Leven en laten leven”, heet dat toch?

    Anneke

  5. Hoi Lisette,

    Ik lees jouw publicaties graag. Eens of oneens, altijd boeiend en goed voor een glimlach. Maar nu lachte ik even niet. Volgens mij onderschat je schier hoeveel introspectie, moed en zand happen polyamorie kost. Inderdaad ontwikkeling in het kwadraat en geen weg van de minste weerstand zoals jij suggereert. Ik ben door mijn zoektocht, nu 3 jaar, naar ‘hoe poly ben ik’ nog nooit zo wakker, beducht voor schaduwmotieven en projecties geweest. En het valt op in mijn naaste omgeving dat ik milder en vrolijker ben, ook al ben ik nog echt niet liefde geworden 😉

    Geen idee of jij en andere lezers mijn bericht dik 2 jaar na de discussie lezen. Ik wilde het wel kwijt.

    Jaap

  6. Grappig. Ik ervaar de relaties van mijn klanten die in een polyamoreuze relatie zitten, zelden als een vlucht of als gemakkelijk (ik ben relatiecoach) Nee, het haalt juist de diepste processen bij mensen naar boven. Dat kan een monogame relatie trouwens ook doen. Vluchten kun je in iedere relatie en is mede afhankelijk van wie je bent en van je ervaring. Ik ben heel bij dat ik de weg van polyamorie heb bewandeld en ik heb geleerd dat liefde soms ook loslaten is, om van daaruit weer dieper bij jezelf te komen. Want de essentie van iedere liefdesrelatie, is om thuis te komen bij de liefde voor jezelf. Dat is een hele weg waar we soms een heel leven over doen. En ondertussen mogen we ook genieten van een open hart en van alle liefde in ons leven. Hoe? Dat doet ieder mens op zijn of haar eigen manier. Gelukkig maar.

  7. Dit artikel schiet voorbij aan de kern van polyamorie, waarbij het naar mijns inziens niet gaat om het oppervlakkig vluchten in meerdere oppervlakkige liefdes, maar juist de verdieping die de auteur beschrijft vinden in méérdere relaties. Wie denkt dat je er een tweede relatie bij kunt nemen, gewoon voor de lol en de seks en het wegrennen van verantwoordelijkheden, wens ik heel veel sterkte in de polyamorie. De groei, de gesprekken, de worstelingen en het uiteindelijke resultaat zijn twee (drie, vier, poly) keer zo moeizaam. En juist daardoor zo bevredigend. Polyamorie laat je geen enkele steen meer om je achter te verstoppen, juist omdat je door meer dan een paar ogen in de gaten wordt gehouden.

Plaats een reactie

    Artikel delen
  • Facebook
  • Twitter
  • Google+
  • Linkedin
  • Pinterest