Reiki, waar komt dat vandaan eigenlijk?
Stichter Mikao Usui startte ermee na faillissement van zijn bedrijf
De geschiedenis en praktijk van reiki, een Japanse energetische heelwijze en levensweg, leek tien jaar geleden vast te staan. Niets bleek minder waar: er verscheen nieuw licht op de rol van Mikao Usui als stichter en verbreider van de reiki-leer. Dat blijkt uit het onlangs verschenen boek ‘Das ist Reiki’ van Frank Arjava Petter (Windpferd, 2009).
Door Johan de Wal
Een aantal zaken over het ontstaan en de geschiedenis van reiki was vanaf eind jaren negentig al duidelijk uit research van onder anderen Frank Arjava Petter, Dave King en William Lee Rand. Zo was Mikao Usui, de stichter van de reiki-beweging, geen christelijke predikant die wilde leren hoe Jezus Christus mensen genas en die les gaf aan de Doshisha Universiteit in Tokio. Ook heeft hij niet (theologie) gestudeerd aan, of een eredoctoraat gekregen van, de Universiteit van Chicago. Dit waren, evenals de titels ‘master’ en ‘grand master’, bedenksels uit de Hawaiiaanse lijn Chujiro Hayashi – Hawayo Takata. Ze bleken uiterst nuttig voor de acceptatie van een Japanse en overwegend boeddhistische methode in de christelijke Verenigde Staten toen ‘Pearl Harbor’ nog vers in het geheugen lag, maar ze hadden geen historische basis.
Mikao Usui heeft ook nooit onbekende uitspraken van de historische boeddha gevonden, opgetekend door één van diens leerlingen. Hij reisde evenmin naar de VS en Europa. Met ‘het westen’ op zijn gedenksteen in Tokio worden vermoedelijk direct westelijk van Japan gelegen landen bedoeld.
Journalist
Vast staat wel dat Mikao Usui is begraven op de Saihoji begraafplaats in Tokio die behoort tot het Zuiver Land-boeddhisme (Jodo Shu). En dat hij secretaris was van de kleurrijke en visionaire politicus Shimpei Goto, die diverse ministersposten heeft bezet en in de jaren twintig, ten tijde van de Kanto-aardbeving, burgemeester was van Tokio. In die periode heeft Mikao Usui vermoedelijk reizen naar westelijk van Japan gelegen landen gemaakt.
In het nieuwe boek van Frank Arjava Petter lezen we verder onder meer over Taniai, het geboortedorp van Mikao Usui (er wonen nog diverse verre familieleden), over zijn voorvader Kanemaki Usui die in de dertiende eeuw een beslissende droom had over Zendo Daishi, en over de gebruiken binnen het Jodo Shu-boeddhisme waar Mikao Usui via een locale tempel al op jonge leeftijd mee in aanraking moet zijn gekomen.
Ook wordt, voor zover bekend voor het eerst, melding gemaakt van de kostbare Torii die Mikao Usui met zijn broers, uit dankbaarheid na de Kanto-aardbeving, voor het locale Shinto-heiligdom in Taniai heeft opgericht. De namen van de schenkers staan erop vermeld.
Mevrouw Koyama vertelde Frank Arjava Petter dat Mikao Usui voor zijn tijd bij Goto als journalist werkte, maar ook als geestelijk raadsman in een gevangenis, als sociaal werker en als missionair van een shinto-groep. Het was dus een veelzijdig man, mag worden aangenomen. Na zijn baan bij Goto ging Mikao Usui als zelfstandig ondernemer aan de slag, waarschijnlijk in het familiebedrijf. Dat was geen succes. Mogelijk ligt hierin een oorzaak van de breuk met zijn ooit rijke (Daimyo) familie, waarvoor in het boek geen reden wordt gegeven.
Failliet
Het debacle in het bedrijf heeft in elk geval een grote persoonlijke impact gehad. Reiki is volgens mevrouw Koyama ontstaan uit een identiteitscrisis die Mikao Usui ervoer nadat zijn bedrijf failliet was gegaan.
Hij zocht naar de zin van het leven en diepe innerlijke rust, en schreef zich in voor een driejarige meditatie- en vastenkuur in een zen-tempel in Kyoto. Het was toen gebruikelijk voor mannen om in een bepaald stadium van hun leven een korte bezinningsperiode in te lassen. Dit maakte hen overigens geen monniken.
Na de drie jaar had Mikao Usui niet het gewenste inzicht gekregen. Hij vroeg zijn abt om raad en die zag voor deze in meditatie getrainde zoeker maar één oplossing: de fysieke dood ervaren om in het sterfproces zichzelf te vinden. De historische boeddha, Gautama Siddharta, zou ook deze weg zijn gegaan.
In maart 1922 begon Mikao Usui te vasten op de heilige berg Kurama, vermoedelijk ver van de platgetreden paden, gezeten in Gassho-positie en zonder de mensen van de tempels op de berg te informeren. Hij deed dat zeker twintig dagen. De laatste dag van zijn innerlijke zoektocht werd hij ’s avonds als door een bliksemschicht getroffen in zijn voorhoofd.
Hij verloor bewustzijn en tijdsbesef en toen hij weer bij kwam, was hij vervuld van een nieuwe kracht. Hij voelde zich vol licht en energie. Een ervaring die wellicht vergelijkbaar is met de indertijd meer voorkomende inbezitneming door een godheid bij shinto-groepen. Mensen die dit in de jaren twintig van de vorige eeuw overkwam, stichten daarna vaak een spirituele groep of beweging.
Een maand na zijn verlichting op de berg Kurama gaf Mikao Usui al les in zijn methode om via de geestkracht van het universum innerlijke rust en verlichting te bereiken.
Aardbeving
Uit het nieuwe boek van Frank Arjava Petter blijkt bovendien dat het westerse master-symbool in Japan niet gebruikt wordt, in plaats daarvan gebruiken ze een ander symbool. Het westerse master-symbool lijkt een andere toevoeging van Hawayo Takata, de Paulus van de reiki-beweging.
Uit naspeuringen eind vorige eeuw bleek al snel dat Mikao Usui een boeddhist was, 15 augustus 1865 geboren in een dorpje bij het hedendaagse Nagoya. In zijn zoektocht naar inzicht, ging hij naar de berg Kurama, noordelijk van Kyoto, om de dood of verlichting te ervaren. Hij ontving verlichting en ging vervolgens lesgeven in Tokio. Na de grote Kanto-aardbeving in 1923, waarbij 140.000 mensen omkwamen en reguliere medische zorg grotendeels ontbrak, maakte reiki een snelle groei door.
In 1922 was hiervoor al een vereniging opgericht, de Usui Reiki Ryôhô Gakkai, waarvan Mikao Usui president werd. De volledige naam luidde ‘Shin Shin Kaizen Usui Reiki Ryôhô Gakkai’.
Na zijn dood in 1926 door een hartaanval, werd hij opgevolgd als president van de Gakkai, maar niet door zijn student Chujiro Hayashi, zoals Takata leerde. Chujiro Hayashi stichtte – vanwege zijn opleiding tot arts én op verzoek van Mikao Usui, zo blijkt uit het boek van Frank Arjava Petter (!) – een eigen school (Hayashi Reiki Kenkyukai). Deze kende een sterk vereenvoudigd curriculum. Na opnieuw diverse aanpassingen zijn de leringen hiervan via Hawayo Takata bekend geworden als de westerse ‘reiki’ (Usui Reiki Shiki Ryôhô).
Scholen
De oorspronkelijke Gakkai bestaat nog steeds en wordt sinds 1998 geleid door professor Masayoshi Kondo. Begin deze eeuw doken steeds meer verhalen op over de Gakkai en de daar gebruikte technieken en methoden. Een bekend persoon in dat verband is Hiroshi Doi, die in 1993 lid werd van de Gakkai en intussen een op hun technieken gebaseerde eigen school heeft (Gendai Reiki Hô). Het oprichten van eigen reiki-scholen is nu gebruikelijk en was dat blijkbaar al vanaf de beginperiode.
Daarnaast is er mevrouw Suzuki San. Zij is een stokoude leerlinge van Usui uit de pro-Gakkai periode en is, naast anderen, een belangrijke bron voor Bronwen & Frans Stiene. Andere prominenten achter de schermen van de reiki-geschiedschrijving zijn de intussen overleden Chiyoko en haar zoon Tadao Yamaguchi, die voortkomen uit de lijn van Hayashi en in 1999 de basis legden voor een eigen school (Jikiden Reiki Kenkyukai).
Frank Arjava Petter baseert zich op de verhalen, documenten en boeken van diverse mensen, onder anderen van mevrouw Kimiko Koyama, de voorlaatste president van de Gakkai, Fumio Ogawa, een Shihan van de Gakkai, en moeder & zoon Yamaguchi. (Een Shihan is een exclusief soort ‘master-teacher’ in westerse reiki-termen, maar veel beter, breder en langer opgeleid in reiki.)
Esoterisch
Duidelijk is intussen wel, dat de geschiedenis van reiki veel complexer is dan bij de Nederlandse introductie in de jaren tachtig denkbaar was. Bronwen en Frans Stiene noemen in 2005 de invloed van Tendai Mikkyô, een esoterische tak van het Tendai boeddhisme. Mikao Usui was volgens hun bronnen lekenpriester binnen deze stroming. Verder zou hij zijn beïnvloed door het shintoïsme, een animistische wereldvisie, en door shugendô, een amalgaam van sjamanisme, shintoïsme, taoïsme en boeddhisme. Usui zou zijn opgeleid tot shugenja (een soort sjamaan).
Andere bronnen, bijvoorbeeld van Frank Arjava Petter, geven over de relatie met shinto en shugendô geen informatie. Maar de eerste locatie voor samenkomst van de Gakkai was op het terrein van shinto-heiligdom Togo Jinja in Tokio, aldus Frank Arjava Petter. Shinto wordt volgens hem (tegenwoordig) sowieso gezien als iets dat hoort bij het Japanner-zijn, niet als een afzonderlijke religie.
In de jaren twintig van de vorige eeuw waren er in elk geval in korte tijd veel ‘spirituele’ groepen actief in Japan. Het leek wel een spirituele renaissance. Enkele van deze groepen hebben de tijd overleefd. Reiki is daar één van. De integratie van concepten uit het Tendai boeddhisme en het shintoïsme, is mede de reden geweest voor het blijvende succes van reiki, aldus mevrouw Suzuki tegen Bronwen en Frans Stiene.
Tot slot. Wat volgens Frank Arjava Petter een belangrijke rol heeft gespeeld bij de verbreiding van reiki – naast de intrinsieke waarde van reiki -, was het verbod op organisaties die zich bezig hielden met spirituele heling, dat niet veel later werd ingevoerd in Japan. Een verbod waar de Gakkai van Mikao Usui onderuit kwam, mogelijk door de verering van de Meiji keizer (die het shintoïsme eerder tot staatsreligie had verheven) en de klaarblijkelijk goede contacten met vele topbestuurders en hoge militairen. Omoto Kyo, een organisatie met veel hoge militairen als lid, ontsprong de dans overigens niet. Het is denkbaar dat een aantal van hen na het verbod lid werden van de Gakkai.