
De essentie van mens zijn
Ik zie je; leden van een leefgemeenschap of community voelen zich veilig, gezien en geborgen
Stel dat iemand op deze doorgedraaide planeet de waarheid over de essentie van mens zijn in pacht had, wat zou je ervoor over hebben om die te horen? Je zou verwachten dat horden mensen zich om deze persoon zouden verzamelen. Niets is minder waar, check het voor jezelf.
De essentie van mens zijn wordt in delen van Afrika Ubuntu genoemd en betekent letterlijk vertaald: ik ben, omdat jij bent. Hoeveel miljoenen of zelfs miljarden mensen zouden deze wijsheid willen horen? Voer de zoekterm ‘Ubuntu’, ‘Desmond Tutu’ en ‘Bill Clinton’ in bij Youtube en ontdek de schrikbarende waarheid: een schamele duizend pageviews. Nu, neem nog even de proef op de som en voer het woordje ‘kill’ in de zoekbalk van Youtube in en voilá… miljoenen pageviews! Het geeft op zijn minst te denken over onze menselijke motieven.
Ik ga er voor het gemak vanuit dat jij bij de duizend geïnteresseerden hoort die wél willen weten waar de essentie van mens zijn om draait. Descartes heeft ons natuurlijk een beetje op het verkeerde spoor gezet met zijn (b)oude statement: ik denk, dus ik besta. We zijn daardoor op zijn minst gaan denken dat we een afgescheiden ikje zijn. Voeg daarbij nog het Darwinistische denken dat de evolutie verklaart aan de hand van om overleving strijdende soorten en het huidige mensbeeld is bijna compleet. De mens die daaruit ontwikkeld is, neemt geen genoegen met genoeg. Hij neemt! De film Instinct (1999) laat prachtig zien hoe de takers de macht over hebben genomen. De oermens kende vreedzame samenlevingsvormen, net als de gorillagroep waarin hoofdrolspeler Anthony Hopkins is opgenomen is. Maar vreedzaam samenleven is voor takers niet genoeg. Ik denk, dus ik besta. Of: ik besta, dus ik moet nemen om te overleven, desnoods ten koste van anderen. Als afgesloten units die met soortgenoten moeten concurreren. Hopkins is in Instinct gevangen genomen en wil maar één ding: terug naar zijn groep, leven tussen zijn gorilla’s. Leven vanuit ubuntu, vanuit liefde, vrede, verdraagzaamheid en verbondenheid. Dát is een wezenlijk diep menselijk instinct. Hoe homo sapiens ook vervormd moge zijn in zijn evolutie, het instinct om zich liefdevol met anderen te verbinden roept. Natuurlijk kan het tijdelijk afgekocht worden met dure spullen, verdoofd of weggehoond worden. Het kan vervormd worden door ons ‘rijke’ westerse dieet en plat worden gebombardeerd met suikers. Het kan geïndoctrineerd en bedreigd worden. Maar weg gaat het niet.
Ik zie je
In ons onderbewuste leeft nog altijd de oermens die we nog niet zo lang geleden waren. De mens die gelukkig was met weinig; leefde van de lucht en de liefde. Wat is het leven toch oneindig complex en gehaast geworden! Wanneer heb je voor het laatst een dag naar de wolken, of een nacht naar de sterren gekeken? In de film Avatar zien we de wonderlijke wereld van de Na’vi die ons herinneren aan ons eigen stammenleven, zoveel incarnaties geleden. De Na’vi groeten elkaar door de hand op het hart van de ander te leggen en ‘I see you’ uit te spreken. Regisseur James Cameron vond voor deze ontroerende begroeting inspiratie in Afrika, in de begroeting ‘Sawubona’. Sawubona betekent ‘wij zien jullie’. In dat kleine zinnetje zie je het levensgrote verschil tussen een taker en de oermens. Een taker denkt dat hij een afgescheiden individu is dat moet concurreren om te overleven. Een oermens weet dat hij geen op zichzelf staand wezen is. Hij is spirit, de som van zijn voorouders én een levend wezen, vandaar het meervoudige ‘wij zien jullie’. De reactie van de ander is Yabo Sawubona, wat: ‘ja, wij zien jullie ook’, betekent. Orland Bishop vertelt wat het uitspreken van Sawubona betekent. ‘De ontmoeting vanuit het besef van Sawubona, houdt in: zien vanuit ons gemeenschappelijk potentieel. Waarom zijn we hier op dezelfde tijd, wat voor kansen biedt dat ons? Wat betekent dit moment voor ons? Het is dus een uitnodiging om aan elkaars leven deel te nemen. Hoe kan ik jouw leven verrijken?’
De oermens die we ooit waren – en die we onder ons pakketje schroot met een dun laagje chroom nog altijd zijn – leefde in hechte gemeenschappen, in community. Als je je in de oorspronkelijke Afrikaanse volkeren verdiept, kan je ontdekken dat die gemeenschapszin ver gaat, zonder knellend te voelen. Integendeel, leden van de leefgemeenschap of community voelen zich veilig, gezien en geborgen. Neem bijvoorbeeld de zorg voor kinderen. Het zijn niet alleen de ouders die de zorg dragen voor de opvoeding van de kinderen: het hele dorp helpt mee. Een relatie heb je ook niet samen. Je hebt samen een relatie mét het hele dorp. Ieder mens wordt in zijn of haar uniciteit gezien, iedere ziel heeft zijn eigen geschenk te geven aan de wereld. Iedere unieke ziel is welkom! Dat welkom wordt benadrukt bij de geboorte. De hele stam zingt al maanden van te voren liederen dichtbij de buik van de moeder.
Wat kom je doen?
Westerse wetenschappers ontdekten pas vorig eeuw het enorme belang van een rustgevende, liefdevolle omgeving waarin de ongeboren baby opgroeit. Niet lang geleden werden baby’s als onbewuste wezens behandeld! Op hun kop gehangen, met felle lampen beschenen en een tik op hun billen. Fijn welkom, nót! Bij de Dagara wachten de kinderen van het dorp in een aangrenzende ruimte. Wordt het kindje geboren, dan zingen zij hun toekomstige zielsgenoot een lied toe, als welkom. Welkom thuis, je bent aan het juiste adres… Alles wordt eraan gedaan om de nieuwe stamgenoot welkom te heten zodat zijn ziel zich te veilig kan nestelen in het warme bad van de community. Wat doen wij het dan toch armzalig. Met een beetje geluk zie je als baby pappa en mamma een paar uur per dag. Ze moeten mee in de Matrix, mee in de wereld van takers… en jij bent omgeven door vreemden in de kinderopvang. Ze kennen je niet, weten niet wat jij komt doen in deze wereld of wat jij nodig hebt. Niet zo gek toch, dat velen van ons zich zó vervreemd voelen op deze planeet?
Sobonfu Somé, van oorsprong Dagara, zegt: ‘Ieder mens heeft een gave, een bijdrage te leveren aan het geheel. Het soort gave dat de persoon heeft, de soort mens die hij of zij is, is uniek aan hem of haar en wordt gewaardeerd door de community. De community erkent ieder mens voortdurend in zijn of haar wezen, en die voortdurende bevestiging verklaart waarom mensen zo graag in de gemeenschap zijn.’
Als ik kijk hoe dat bij ons vroeger thuis ging, dan word ik wel eens verdrietig. Erkenning? Welkom? Gemeenschapszin? Het ging er grof aan toe bij ons thuis, vaak was er wel iemand die een scherpe opmerking plaatste of de ander veroordeelde of af wilde troeven. Hou mij ten goede, ik deed er net zo hard aan mee. Sterker nog, ik wist niet anders. Ik ben opgevoed om je met drie zinnen keihard af te maken, cynisch of sarcastisch. Competitie, oordeel en vernedering heeft mij lang gevoed. En toch roerde het beest zich in mij, mijn instinct, het dier dat ontelbare incarnaties in liefde heeft geleefd. Allereerst voelde het als een gapende wond, ter hoogte van mijn hart. Een oneindig diep gat, een bodemloze put. Het voelde er koud, leeg en hard en jarenlang kon ik die wond afdekken door hard te werken, alcohol, sigaretten en drugs te gebruiken en andere ‘handige’ tactieken. Toen ik een aantal jaar geleden het besluit nam om de wond niet langer af te dekken, kon de heling aanvangen.
Kwetsbaar
Maar ik heb nog een lange weg te gaan. Eerlijk is eerlijk, het oordelen over anderen gaat misschien wel nooit meer over. Ik ben het me nu ongeveer tien jaar bewust. Mijn wantrouwen naar anderen, mijn angst voor mensen. Het grootste gedeelte van mijn leven heb ik ervaren hoe het is als mensen je kleineren, vernederen, uitsluiten en afstoten. Maar de roep van instinct in mij en het verlangen om mij vanuit liefde met anderen te verbinden is groter dan het oordeel. Oneindig veel groter! Ik heb geleerd mindful te zijn. En de oordelen te laten voor wat ze zijn. Omdat ik weet, zoals Rumi zo treffend stelde, dat voorbij goed en kwaad het veld is waar ik je zal ontmoeten. Ik weet dat ieder oordeel wat ik ooit over iemand heb, een inschattingsfout is, een foutieve Matrix-programmacode, in mijn geest. Sterker nog, ik heb ondertussen geleerd dat geen van mijn gedachtes ooit waar kan zijn (zelfs deze niet!). In dat niet-weten, en ook niet willen weten, ontstaat voor mij de ruimte voor de ontmoeting. De ruimte om kwetsbaar te kunnen zijn. De ruimte voor intimiteit.
________________________
Zachter
Een paar weken geleden gebeurde er een wondertje, waar ik nog de tranen van in mijn ogen krijg als ik er aan denk. Ik mocht een zesdaagse retraite leiden, met zeventig deelnemers. Vanuit mijn ‘oude’ staat van zijn trok ik me terug nadat ik een groep geleid had, om weer op te laden. Zo ook hier, de eerste drie dagen. De vierde dag gebeurde er iets opmerkelijks. Ik ging ’s morgens vroeg al uit mijzelf bij de groep zitten. Er waren gesprekken, maar niet veel. Ik kon voelen hoe mijn hart zachter werd. Hoe het tot leven kwam. Ik kreeg ruimte in mijzelf, ruimte die als vanzelfsprekend leek te zeggen: ‘Hoe kan ik jouw leven verrijken?’ Mijn enorme Ik verdween voor even en er kwam ruimte voor Wij. Voor mij zijn dat wondere woorden, in mijn leven is het ‘hoe kan ik overleven?’ dat de overhand heeft gehad. In deze retraite heb ik écht gevoeld hoe het is om een community te vormen én hoe heilzaam dat voor mij en anderen is. Het mooiste was misschien wel de eindcirkel. Iedereen bleef tot het laatst aanwezig en toen ik de gelegenheid gaf om nog iets te zeggen, bleef het stil. Geen pijnlijke stilte, geen moeilijke stilte. De stilte van verbondenheid, waarin geen enkel woord meer nodig is. Díe verbinding, dat is wat mij betreft de essentie van mens zijn.