Ad Clicks : Ad Views : Ad Clicks : Ad Views : Ad Clicks : Ad Views : Ad Clicks : Ad Views : Ad Clicks : Ad Views : Ad Clicks : Ad Views : Ad Clicks : Ad Views : Ad Clicks : Ad Views : Ad Clicks : Ad Views : Ad Clicks : Ad Views : Ad Clicks : Ad Views : Ad Clicks : Ad Views : Ad Clicks : Ad Views : Ad Clicks : Ad Views : Ad Clicks : Ad Views : Ad Clicks : Ad Views : Ad Clicks : Ad Views :
img

Vrede met geweldloze communicatie – Jan van Koert helpt Syrische oppositiepartijen

/
/
/
687 Views

En daar zat hij dan, trainer Jan van Koert, tussen vertegenwoordigers van de Syrische oppositiepartijen. Zij kunnen het bloed van hun tegenstander, de zittende en bevochten president Assad, wel drinken. Ergens in de binnenlanden van Turkije. Nee, geen vakantie, maar hard werken. Doel: mensen leren om geweldloos te communiceren. Nogal relevant daar…

Door Ewald Wagenaar

Hoe komt een Nederlandse trainer terecht tussen de strijdende partijen in een brandhaard als Syrië? “Ja da’s een lang verhaal”, zegt Jan van Koert, gecertificeerd trainer Geweldloze of Verbindende Communicatie en auteur van ‘Wat je vindt mag je houden’. Jan is al in de jaren negentig begonnen met het zich bekwamen in het gedachtegoed van Marshall Rosenberg. Deze psycholoog ontwikkelde decennia geleden een eenvoudig model voor onderlinge communicatie waarbij steeds rekening wordt gehouden met elkaars behoeften. Een unieke vorm van communicatie, want meestal is de ene communicerende partij de andere aan het dwingen, vloeren, manipuleren of negeren. Dat doet zich niet alleen in oorlogssituaties voor, maar ook aan de keukentafel, in de politiek, in het bedrijfsleven; kortom overal waar mensen communiceren om wat voor reden dan ook. Dit proces van Nonviolent Communication van Rosenberg werd een wereldsucces en wordt tegenwoordig overal gedoceerd, getraind en geleerd aan onder meer werknemers, bazen en ouders.

Jan is al lange tijd trainer en reageerde jaren geleden eens op een noodkreet uit Kenia aan trainers van geweldloze communicatie om vrouwen en kinderen daar te helpen. Er was, en is aldaar nog steeds, veel geweld naar vrouwen en kinderen. Door het proces van geweldloze communicatie lukt het vrouwen om het aantal verkrachtingen en andere vormen van fysiek geweld naar henzelf en hun kinderen te verminderen. Jan: ‘Dat was puur veldwerk; als een veldprediker in het armste deel van het land, bij het Victoriameer. Er kwamen groepen van vijf tot honderd mensen bijeen en ik legde hun – tussen kippen, geiten en ezels – uit hoe deze communicatie werkte, continu vertaald naar de lokale talen. Samen met iemand anders zijn er nu lokale trainers opgeleid die het werk voortzetten. In totaal ben ik er zo’n vijftien keer geweest.”

Internationaal

Mede door deze ervaring kwam Jan in een netwerk van internationale trainers terecht die tal van communicatietechnieken inzetten om ruziënde partijen met elkaar in gesprek te krijgen. Zo gaat Jan begin oktober op uitnodiging van de universiteit in het Oekraïense Kiev lesgeven in het kader van ‘interculturele communicatie’ aan mensen die betrokken zijn bij de bemiddeling tussen de Oekraïense kerken, die door de oorlog (pro- of anti-Russisch) verdeeld zijn tot op het bot.

Het is dan ook via die internationale contacten, in dit geval Ike Lasater, dat hij in Syrië terecht kwam. Ike en zijn collega John Kinyon hadden de wijze waarop Rosenberg mediation deed op NLP wijze uiteengerafeld en daarvan een leerprogramma ‘Mediate Your Life” gemaakt. Jan: “Ik heb de drie modules van hun programma in de USA meegedraaid en ben toen deze training in Nederland gaan uitvoeren. Via een Duitse organisatie in Düsseldorf kwam vanuit Sierra Leone (West-Afrika, tussen Guinea en Liberia) het verzoek van militairen om bewoners van een kazerne te leren geweldloos te communiceren. Dat was geen sinecure want op de kazerne leefden hele gezinnen en met verschillende achtergronden, zoals katholieken en moslims. Het was een pressure cooker. Om conflicten op te lossen hadden de militairen ‘mammy-queens’ aangesteld die als rechter uitspraak deden bij geschillen en om ruziënde partijen te sussen. Dat ging als volgt: twee partijen meldden zich bij de mammy-queen, ze hoorde om beurten beide partijen, sliep er een nachtje over en deed vervolgens uitspraak, inclusief het verstrekken van boetes. Omdat ze qua kleding met kop en schouders boven de rest uitstaken, vermoed ik dat die ‘niet helemaal oncorrupt’ waren. Door iedereen te leren geweldloos te communiceren, was het effect groot en waren de militairen enthousiast. De moslima-kapitein nodigde ons zelfs thuis uit. Opvallend is dat iedere training daar begint met een christelijk én een moslimgebed. En iedereen doet elkaars religieuze gebaren mee. Eén keer hoorde ik een moslim zelfs het christelijke Onze Vader uitspreken, als een soort vanzelfsprekendheid, iets dat je voor elkaar doet.”

Het verbonden raken van mensen door dit communicatieproces ontroert Jan telkens weer. Jan: ‘Ik wil er actief aan bijdragen dat ieders behoeften ertoe doen. Mijn eigen oorlogservaring als kind bij het bombardement van de Haagse wijk Bezuidenhout, heeft kleur gegeven aan mijn leven. Toen is bij mij een diepe behoefte aan veiligheid ontstaan. Ik heb dan ook jarenlang in de veiligheidssector gewerkt. Net als de onveiligheid zou ik graag ook de bommen in andere landen in de wereld uit ieders leven daar halen.”

Onmacht

Maar hoe kwam Jan nu in Syrië terecht? Jan: “Via de Verenigde Naties in Washington waar Syriërs werken en via Lia Wolfthal die geweldloze communicatie in de politieke arena’s probeert te brengen. Via haar kreeg ik de uitnodiging om samen met Ike acht dagen lang de Syrische oppositiepartijen te helpen om aan hun communicatietechniek te werken. Daarnaast deed ook Jay Kendel Johnson mee. De Syrische onderhandelaars waren verenigd in de ETILAF, een Arabische afkorting voor – vertaald – de National Coalition of Syrian Revolution and Opposition Forces. In totaal bestond de groep uit zestien verschillende fracties, zeg maar gerust als los zand aan elkaar. Sommigen hadden 25 jaar in de gevangenis onder Assad gezeten. Bij het oefenen vlogen ze elkaar al verbaal in de haren; en ze vermoordden de mediator alsnog verbaal. Hun de principes leren van geweldloze communicatie en mediation onder zulke omstandigheden is niet eenvoudig: het leed dat deze mensen hebben meegemaakt en de gevoelens van onmacht, verdriet en pijn waren zo overweldigend groot dat daarover zelfs niet gesproken kon worden. Het was de olifant in de ruimte die niet benoemd kon worden. Maar we konden hun wel vaardigheden leren, zoals het doorzien van het eigen vijandbeeld en zien en ervaren wat er bij de ander speelt.”

Na de achtdaagse training kregen de trainers het verzoek om de onderhandelaars ook bij de vredesgesprekken bij te staan in Genève, zodra die er mochten komen.

Jan tot slot: “In het westen is de training geweldloze communicatie een luxe. Maar daar is het een kwestie van overleven. Voor hen is het een manier om vis te kunnen kopen op de markt zonder gebombardeerd of verkracht te worden en voor kinderen om niet op school geslagen te worden.”

Meer: www.vinecoaching.nl.

[fotobijschrift:]

Jan van Koert: “Net als de onveiligheid zou ik graag ook de bommen in andere landen in de wereld uit ieders leven daar halen.”

[ in kader:]

Het communicatieproces van Marshall Rosenberg

Geweldloze communicatie laat zich eenvoudig uitleggen, maar om het goed te leren toepassen is een wijziging van levensstijl noodzakelijk. De essentie is dat je ervan uitgaat dat in het intermenselijke contact iedere (universele menselijke) behoefte ertoe doet. Geweldloze of Verbindende communicatie kent vier stappen:

  1. Je communiceert over wat je feitelijk waarneemt. Zonder oordeel. Niet makkelijk soms, maar wel mogelijk. Bijvoorbeeld: “Ik zie dat je de andere kant op kijkt als ik met je spreek.” En je wacht op de reactie van de ander.
  2. Je communiceert over welk gevoel je krijgt bij wat je bij 1. waarnam. Bijvoorbeeld: “Daardoor voel ik me eenzaam en ongemakkelijk.”
  3. Dan kun je aangeven welke behoefte je hebt op dat moment. Bijvoorbeeld: “Omdat ik behoefte heb aan contact.”
  4. En de laatste fase is dat je een concreet verzoek doet aan de ander. Bijvoorbeeld: “Zou je me willen aankijken als ik met je praat ?”

De werkelijk grondlaag van verbindende of geweldloze communicatie is compassie of liefde, de intentie om écht contact te maken met, betrokken te zijn bij, de ander.



Plaats een reactie

    Artikel delen
  • Facebook
  • Twitter
  • Google+
  • Linkedin
  • Pinterest