Waarom pleeg je geen zelfmoord?
Hoe zwart kan de zwartste nacht van je ziel zijn
Wees gerust: de kop van dit artikel is geen verwensing uit het era van ruiger wordende sociale omgangsvormen, noch is het een prikkel om je op verkeerde gedachten te brengen. Ik wens je oprecht een lang, gezond en gelukkig leven. Mét de volgens filosoof Albert Camus voor de hedendaagse mens belangrijkste gedachte: waarom pleeg ik geen zelfmoord?
Door Lars Faber
Misschien geen prettige gedachte nu de luchten grijs zijn, de nachten lang en de vitaliteit zich diep in de natuur heeft teruggetrokken. Het deed Vincent van Gogh er ooit toe besluiten om warmere oorden op te zoeken met blauwe hemels, maar tevergeefs: zijn depressies kon hij niet ontlopen. Net zo min als Jan Bongers, waar Geert Kimpen een paar maanden geleden een mooie column in KD aan wijdde: ook Jan kon zijn depressie niet ontlopen.
Jan was de eerste journalist (en hoofdredacteur van tijdschrift Imagine) die mijn boeken omarmde. Laaiend enthousiast belde hij mij op en stuurde gelijk een fotograaf en interviewster op pad. Het artikel zou nooit verschijnen in het met hem ter ziele gegane tijdschrift Imagine, omdat hij ruzie kreeg met zijn team. Hij vond dat ze de essentie van mijn werk niet voldoende gepakt hadden en plukte eigenhandig mijn boek De Gewijde Reis leeg om alsnog een artikel te publiceren. Een paar maanden geleden belde hij mij op uit New York. Verward en moegestreden. Het lukte hem niet om zijn grote droom te verwezenlijken: met zijn tijdschrift voeten aan de grond in Amerika krijgen. In Nederland wachten hem de schuldeisers. Ik weet nog dat ik hem een hart onder de riem stak en zei dat we hem en zijn ideeën over een geweldloze wereld hier hard genoeg nodig hadden. Even laaide het vlammetje in zijn hart op en we spraken af dat ik maandelijks artikelen voor zijn blad zou schrijven. Het zou er nooit van komen, Jan maakte bij terugkomst in Nederland een einde aan zijn leven.
Koudefronten
Net als de zus van mijn vader, die terwijl ze twee kleine kindertjes had, van een van de hoogste flats in Delft sprong. Of mijn jeugdvriend Steve, vanaf het Westeinde ziekenhuis. Lieve mensen, die de zwaarte van het leven niet meer konden hanteren. Mensen die dan weer manisch waren, dan weer depressief. Mensen zoals jij en ik dus. Nou ja, over jou kan ik niet spreken natuurlijk, laat ik het dicht bij mijzelf houden. Als je met enige regelmaat over de diepgang van het leven nadenkt, zul je net als ik, hoogstwaarschijnlijk met dezelfde regelmaat met depressies worden geconfronteerd. Ik in ieder geval wel. Vaak zijn het kleintjes, als donderwolkjes met een venijnige lading, die zich ontladen en oplossen. Soms zijn het buien, wisselvallig en hardnekkig. Een enkele keer zijn het koudefronten die mij zó pijnigen, dat de barometer vervaarlijk uitslaat en ik geen antwoord weet op de vraag waarom ik geen zelfmoord pleeg.
Geloof mij, ik heb er echt van alles aan gedaan, dus bespaar mij je goedbedoelde adviezen. Die heb ik voldoende gekregen. Reikimasters vertelden dat mijn chi niet genoeg stroomde. Sjamanen dat ik een soul retrieval nodig had. Veganisten dat ik raw food moest gaan eten. Ik heb snel geademd. Geschreeuwd. Gehuild. Mijn ouders vervloekt én systemisch voor hen gebogen. Tarotkaarten laten leggen (2x). Gemediteerd (jaren). Vorige levens uitgeplozen. Ayahuasca gedronken (wat hielp). Boeken geschreven.
Dit is de shortlist. De werkelijke lijst van dingen die ik heb gedaan om niet meer in de jaarlijkse fuik van depressie te zwemmen is veel groter en zou grote delen van dit tijdschrift vullen. Grote kans dus dat je mij, of iemand anders, beledigt met een welgemeend: ‘Waarom ga je niet eens…?’ Liever geen adviezen dus, een luisterend oor is voldoende. Nog liever hoor ik van jou hoe zwart jouw zwartste nacht van de ziel kan zijn, zodat ik weet dat ik niet de enige ben daar in het donker. Want laten we wel wezen: in het era van de ruiger wordende omgangsvormen ben je toch wel een beetje een lozer als je niet gelukkig en succesvol bent? Het ‘pakketje schroot met een dun laagje chroom’ moet tegen elke prijs in stand gehouden worden. Het: ‘Hoe is het met je? Goed’- syndroom. En ondertussen doodgaan van binnen, van de leegheid. Nee, geef mij dan maar een duister depressietje op zijn tijd. Want wat er tot nu toe onophoudelijk volgt op mijn depressies, is verdieping. Steeds als ik door de gateless gate durf te gaan in het niemandsland van kommer en kwel, als ik als Christus door de woestijn durf te trekken, kom ik terug. Opgeladen en wel. De leegte, die ik meer dan wat ook vrees, vitaliseert.
Geen advies
Het heeft met de dood te maken. Daarom heeft de uit het Amazonegebied afkomstige heilige drank Ayahuasca mij ooit geholpen bij mijn ergste depressie: dit sacrament wordt niet voor niets De Kleine Dood genoemd. Steeds als ik mij in de bodemloze put durf te werpen en de gedachte van mijn sterfelijkheid durf toe te laten, de volstrekte zinloosheid van het bestaan durf toe te geven en mij niet aan één van de immens populaire spirituele bijgeloofjes vastklamp, voltrekt zich het wonder: ik rijs als een phoenix uit mijn eigen as. In mindere tijden, als ik het plaatje weer eens niet doorzie en mij verzet tegen de onvermijdelijke dood, verkramp ik, word ik nukkig en snel geïrriteerd. Als ik weer in één van de zorgvuldig opgezette vallen loop en verstrikt raak in het spel van (spiritueel) materialisme, doemen de eerste tekenen van de depressie al weer op: somberheid, grauwheid, vervlakking. Tijd om te sterven. Symbolisch dan.
Want tot nu toe slaat de barometer steeds weer om, als ik de Grote Leegte aanschouw. Met de dood voor ogen, kan ik niet anders dan willen leven. Uit het Grote Niets komen als vanzelf mijn dromen op: de boeken die ik nog wil schrijven, de landen die ik nog wil zien, de mensen die ik nog wil ontmoeten. Ik wil mijn kleine zoontjes op zien groeien. Mijn lieve vrouw beminnen (en als we dan toch hardop dromen: en vele andere dames het hof maken). Ik wil muziek maken, platen produceren, dee-jayen en dansvloeren op zijn kop zetten. Films produceren. Mooie workshops organiseren en leiden. Zingen. Dansen. De geheimen van het leven ontsluieren. Dank je dat je mij geen adviezen hebt gegeven en alleen maar even hebt geluisterd. Ik wil leven!
Lars Faber is auteur van boeken als De Gewijde Reis en De Heldenreis
Aanbevolen literatuur: De Van Gogh blues, Eric Maisel ISBN 978-90-202-0311-0